we hebben alle tijd
dat wordt ons steeds gezegd
wat doen we met die tijd
1. niet naar zee te gaan
2. niet naar Groningen vertrekken en
in plaats daarvan de uren lusteloos
door onze vingers te laten glijden
we sluiten de gordijnen
kijken de ene na de andere serie
om ons op andere levens te richten dan ons eigen
we weten niet wanneer het dag is of nacht
er sneuvelen flessen en koptelefoons
soms slaan we met deuren
of schreeuwen uit het raam
en vervloeken dan de kerk,
die verdomd onschuldige kerk
met zijn toren en zijn lichtjes
we hopen dat we nooit ouder
dan vandaag hoeven te zijn
maar er sluimert een schuld
in ons door die ons wijst op onze plicht,
een plek te vullen in die
oh zo voortvarende maatschappij
we hebben alle tijd
dat wordt ons steeds gezegd
wat doen we met die tijd