Onwerkelijk is het nieuwe normaal. Vannacht droomde ik dat mijn bovenburen op een tijger pasten die via een gat in mijn plafond naar me toe kwam. Er was ook een stellagekast vol babyhoofdjes die men gebruikte om mee te bowlen. Vaak zie ik vissen voor me die vanuit het water naar adem happen. Dan krijg ik het plaatsvervangend benauwd. Ik vind veel dode dieren als ik wandel of fiets en zie vaker dan vroeger de sterrenhemel. Vandaag zocht ik de zon en het water en leerde ik van een vriend op mijn handen te staan. We aten Ikan Pepes van King in het gras. Toen ik ging plassen in het riet zag ik precies het soort vis van mijn dromen. Roerloos. Elders. Zondag wordt mijn neefje zes. Ik zou hem graag in mijn armen sluiten. Dinsdag wordt mijn oma 90. We zullen zwaaien door het glas. Alles wordt gescheiden en loopt in elkaar over. Soms vraag ik me af wanneer ik wakker word.
Tags: Corona, droom, Het nieuwe normaal