Ik liep in Amsterdam, op weg naar een afspraak. Auto’s, fietsers, trams, voetgangers, gebouwen, schreeuwende mensen en reclames kwamen op me af. Het maakte me duizelig. In minder dan een flits zag ik een vrouw onderaan een trapje staan.
Haar ogen waren zeldzaam zacht. Het waren ogen om troost in te vinden. Ze stond me toe, haar te fotograferen en glimlachte onverwacht verlegen toen ik zei hoe mooi ik haar vond. Misschien dat normaliter alleen mannen haar dat zeggen.